In gesprek met Andy van den Dobbelsteen, duurzaamheidscoördinator en hoogleraar Climate Design & Sustainability aan de TU Delft

Als kind logeerde Andy vaak bij zijn oma en opa, die een moestuin hadden en op een steenworp afstand van de bossen woonden. Toen al besefte hij hoe waardevol de natuur is en hoe we daar met zijn allen verantwoordelijk voor zijn.

Inmiddels is hij MVO-manager van het jaar en is hij als hoogleraar en duurzaamheidscoördinator verbonden aan de TU Delft. Bezorgd over de toekomst? Dat is hij zeker en al helemaal met de laatste verkiezingsuitslagen in het achterhoofd. Maar tegelijkertijd ziet hij ook mogelijkheden. En wat flintertjes hoop.

In dit artikel zet ik de schijnwerpers op enkele opvallende fragmenten uit ons gesprek. Ook laat Andy zien welke kansen er op het vlak van duurzaamheid liggen en doet hij een oproep aan de nieuwe generaties!

Zes vragen aan…

Waar maak je je als duurzaamheidscoördinator op de universiteit hard voor?

Toen ik in 2021 benoemd werd, wilde ik het alleen doen als ik alles aan mocht pakken. Dus niet alleen de gebouwen en de energie, maar ook het voedsel, het reizen, de inkoop, de mobiliteit en het afvalbeheer. Samen met mijn collega hebben we teams van deskundigen op de verschillende thema’s gezet. Ook studenten die al actief waren binnen de verschillende green teams op de universiteit sloten zich aan. De resultaten van de CO2-meting, die we eerder hadden uitgevoerd, waren inmiddels ook bekend.

 

Wat kwam er uit die meting?

Dat we echt grote klappers konden maken op de gebieden van energieverbruik, reisbeleid en voedsel. Een jaar later ontdekten we dat ons inkoopbeleid ook echt op de schop moest. Daarom zijn we met een circulair inkoopbeleid gaan werken en hebben we nieuwe contracten afgesloten met leveranciers en partners. En we hebben al vrij snel een plantaardige kantine gerealiseerd. Dat laatste hebben we via een persbericht naar buiten gebracht om andere organisaties te inspireren. Maar dat bracht wel wat teweeg.

 

Werd het opgepikt door de media?

Zeker, en niet altijd even positief. De Telegraaf noemde onze kantine zelfs een straf voor vleeseters en op sociale media leek het alsof de vrije keuze van voedsel in het geding was. Alsof ik als vegetariër in een ‘normale’ kantine altijd zoveel keus had. Het hele apparaat dat achter BBB zit, zoals Agrifacts, de POV en varkensboeren, begon op ons te schieten. Dan zie je hoeveel macht en economische belangen er achter die stukjes vlees zitten.

 

Was er meer interne of externe weerstand?

Intern viel het reuze mee. Zeker bij de faculteit bouwkunde is iedereen behoorlijk tevreden over de kantine, hij heeft zelfs hogere waarderingscijfers dan voorheen. Het veranderen van reisgedrag is een grotere uitdaging, merk ik. Veel wetenschappers vinden dat hun status afhangt van hoe vaak ze naar een congres gaan en gastlezingen doen in het buitenland. Dat moet echt anders, dat moeten we ombuigen en op andere manieren organiseren. Kijk, iedereen is voor energiezuinige gebouwen en voor circulaire producten. Maar wanneer je zegt dat iemand iets op moet geven dat hem persoonlijk raakt, wordt het lastiger. Die gedragsverandering is de grootste opgave binnen de duurzaamheidstransitie.

 

Hoe krijg je mensen mee in die transitie?

Met kennis en informatie, dat is toch de wetenschapper in mij. Zodra je iets vanuit wetenschappelijke bronnen weet, kun je het niet meer uit je hoofd zetten. Dat is ook de gesel van mensen die met duurzaamheid bezig zijn, je kúnt niet meer onbewust keuzes maken. Daarom proberen we onze universitaire gemeenschap te laten zien wat de impact van hun keuzes is. Vervolgens is het heel belangrijk dat we oplossingen en alternatieven zichtbaar maken. En dat we mensen erop aanspreken: we hebben jullie nodig, iedereen moet aan boord. Uiteindelijk zou het mooi zijn als we allemaal een soort CO2-budget hebben waarin we persoonlijke afwegingen kunnen maken. Sommige mensen willen af en toe vlees eten, andere mensen willen af en toe het vliegtuig pakken. Het lijkt mij interessant als die mensen dat gaan verhandelen met studenten die daar dan geld voor krijgen. Een soort ETS-systeem op klein niveau.

 

Waarom is het belangrijk dat de universiteit dat soort initiatieven ontwikkelt?

Als universiteit sturen we veel kennis, creatieve kracht en positief denkvermogen de wereld in. Dat kan grote impact hebben op duurzaamheid. Maar als we het zelf niet binnen de organisatie laten zien, zijn we niet geloofwaardig. Daarom vind ik dat we moeten experimenteren. Want op een campus kun je bijsturen, verbeteren en aanscherpen, dat kan in een al bestaande omgevingssituatie niet altijd. Met bijvoorbeeld zo’n CO2-budget nemen we onze maatschappelijke verantwoordelijkheid.

Waarom is Andy een wolf in schaapskleren?

Een van mijn vroegere leermeesters noemde mij ooit een wolf in schaapskleren. Wat hij daarmee bedoelde? Dat ik met iedereen goed kan opschieten, maar dat daarachter een heel gedreven persoon zit die dingen voor elkaar wil krijgen. Ik kan ergens binnenkomen en de boel in positieve zin ontwrichten om duurzaamheid op de kaart te zetten. Overigens ben ik ook een Aap en een Ram, haha! Volgens de Chinese dierenriem ben ik een aap en dat klopt niet alleen omdat ik houd van klimmen en boulderen, maar ook omdat ik creatief ben en humor graag inzet. En volgens de westerse astrologie ben ik een Ram. Een typisch vuurteken met dadendrang, dat met kracht dingen voor elkaar wil boksen. De Ram wordt vaak geassocieerd met drammerigheid en koppigheid, maar dat valt bij mij wel mee. Maar als ik geloof in een zaak, dan zet ik wel door.

Drie drivers voor duurzaamheid

1: Creativiteit, innovatie en techniek

Als mensheid hebben we onze eigen problemen gecreëerd. We wilden vooruit en dachten dat onze acties geen consequenties zouden hebben. Ik denk niet dat we doelbewust de natuur en het klimaat beschadigd hebben, zo zitten we niet in elkaar. Het zijn meer ongelukkige effecten die we niet voldoende hebben aangepakt. Maar als we onze creativiteit, intelligentie en daadkracht zouden inzetten om die effecten te bestrijden, zouden we echt wat kunnen bereiken. Op de universiteit lopen ontzettend veel positieve en proactieve ingenieurs rond. Zij zoeken altijd naar oplossingen en de technische mogelijkheden zijn er. Laten we die vooral gaan benutten.

 

2: De natuur

Kennis is macht en die kennis kunnen we ook ophalen door beter naar de natuur te kijken. Kijk maar eens goed om je heen als je in de duinen of bossen bent. Dan zie je hoe ingenieus de natuur in elkaar steekt en hoe we die natuurlijke principes kunnen doorvertalen naar bijvoorbeeld onze steden. Dat onze steden organismes worden, bijvoorbeeld, die stoffen uitwisselen en niks meer verspelen of vernietigen. En waar natuurlijke energie de bron is.

 

3: Jijzelf

Ik heb een energiezuinig huis, ik eet geen vlees en ik stap vooral op de fiets en in de trein. Allemaal mooi, maar ook ik had een flinke CO2-voetafdruk. Dat kwam door mijn vliegreizen naar internationale congressen. Inmiddels heb ik besloten te stoppen met vliegen, behalve wanneer het echt niet anders kan of wanneer ik serieus impact kan maken. Dat deed wel een beetje pijn, want reizen is mijn lust en mijn leven. Maar op een gegeven moment kun je sommige dingen niet meer naar jezelf verantwoorden. Het is heel makkelijk om te zeggen dat de regering, de grote bedrijven en de boeren aan de bak moeten. Dat moeten ze ook, maar dat ontslaat ons niet van onze persoonlijke verantwoordelijkheid. Want ook wij sturen die regeringen, bedrijven en boeren aan met onze keuzes.

 

Jongeren, jullie mogen best boos zijn!

De nieuwe generatie hoef je niet meer uit te leggen waarom duurzaamheid belangrijk is. Er zijn maar weinig studenten die geloven in het frame dat klimaatverandering onzin is. Ik zie dan ook een groeiende groep studenten die activistisch is, die boos is op de generaties vóór hen die het verkloot hebben en die zoekt naar concrete oplossingen. Dat vervult me met hoop, ja.

Ik vind ook dat deze nieuwe generatie gewoon boos mag zijn. En keihard met de vuist op tafel mag slaan. Daarom wil ik ze oproepen om zo snel mogelijk mee te doen aan deze voor de wereld zo belangrijke transitie. Jongeren oefenen niet alleen invloed uit met hun politieke keuzes, maar ook met de keuzes die ze zelf elke dag maken.

De wereld kan zoveel mooier dan hij nu is. We doen net alsof we in een soort optimum leven, maar dat is helemaal niet zo. Onze gezondheid kan beter, de leefbaarheid van de steden kan omhoog en het milieu kan schoner. We moeten echt naar een betere wereld toe en dat kán, als we vol op duurzaamheid inzetten. Die transitie gaat ons zoveel moois brengen, want het frame dat duurzaam leven alleen maar geld kost en niets oplevert klopt gewoon niet.

Daarom steun ik protesten van groepen als Extinction Rebellion en vind ik dat jongeren eerder stemrecht moeten krijgen. Want we hebben echt heel wat te verliezen. Maak je daar hard voor en probeer zoveel mogelijk ouderen mee te krijgen. Begin in je kleine kring, bij je ouders en je familie. En sla maar eens met die vuist op tafel. Want verdomme, de oudere generatie heeft het ook helemaal de verkeerde kant op laten gaan!

Beluister de Podcast Duurzaam hoe dan?! hier

Wil je geen Podcast Duurzaam hoe dan?! missen?

Abonneer je dan hier via Apple Podcast.

Vind je deze Podcast waardevol? Beoordeel dan via Apple Podcast.