In gesprek met Alycia Biekram, programmamanager duurzaamheid en sociale impact bij Facilicom Solutions
Samen een vuist maken. Zodat organisaties en leveranciers gezamenlijk die groene weg inslaan. Dat is waar Alycia Biekram, programmamanager duurzaamheid en sociale impact bij Facilicom Solutions, zich elke dag voor inzet. Niet alleen door het vervangen van wegwerpbekers door een duurzame variant. Maar ook door de facilitaire branche te inspireren met verhalen, projecten en kennissessies.
In dit artikel zet ik de schijnwerpers op enkele opvallende fragmenten uit ons gesprek. Ook deelt Alycia haar drie beste tips om circulariteit te versnellen en geeft ze antwoord op de aloude vraag: koffiemok of wegwerpbeker?!
Vijf vragen aan…
Met welk natuurfenomeen zou je jezelf vergelijken?
‘In eerste instantie denk ik aan een vulkaan of tornado. Puur omdat ik zoveel energie in me heb. Maar er kleeft toch een beetje een negatieve lading aan die natuurfenomenen. Dus ik denk dat het poollicht beter bij mij past. Er zit veel positieve energie in mij, waarmee ik de wereld graag een beetje duurzamer en socialer wil maken. En ik heb geleerd dat je daarvoor soms verschillende jasjes aan moet trekken. Dus met die aurora polis, met die continu veranderende kleuren, vereenzelvig ik mij wel.
Wat betekent circulariteit voor jou?
Kijk, in de natuur bestaat geen afval. Alles wat wij als afval zien, zoals vallende blaadjes in de herfst, zou je prima in een perkje kunnen laten liggen. Want de natuur lost het vanzelf op. De wormpjes en organismen in de grond trekken de blaadjes naar beneden, zodat ze weer als voedingsbodem dienen voor wat anders. Daar kunnen wij nog wat van leren. Er zit waarde in de grondstoffen die wij als afval zien en die waarde moeten we behouden. Dat is circulariteit.
Wat is er veranderd in de tien jaar dat jij met duurzaamheid bezig bent?
Zo’n tien jaar geleden zaten klanten en organisaties helemaal niet zo op duurzaamheid te wachten. Ik bedacht bijvoorbeeld een groene offerte, maar mensen gingen steevast voor de standaard variant. Ook bestond mijn rol helemaal niet, die is ontstaan omdat ik altijd ben blijven hameren op wat ik wilde: sociale en duurzame impact maken. Op dit moment werk ik samen met een club mensen die hetzelfde willen als ik. We willen de facilitaire branche vooruithelpen in de transitie door ze te informeren over concrete, duurzame én sociale stappen. Dat werpt zijn vruchten af, want inmiddels worden we vooral gekozen om onze duurzaamheidsambities en de projecten die we doen. Onze eigen succesverhalen gebruiken we ook. Zo hebben we een koffiebekerkennisfestival georganiseerd om anderen te inspireren. Want ja, een jaar voor de SUP-wet hadden wij de wegwerpbeker al helemaal uitgefaseerd bij een grote klant van ons.
Waarmee zouden bedrijven onverwacht ontzettend veel impact kunnen maken?
Binnen de catering spelen ontzettend veel issues op het gebied van duurzaamheid en sociale impact. Het mooie is dat bijna elk bedrijf wel iets van catering heeft om onder de loep te nemen. Toen wij bij ons gingen kijken, bleek dat servetten het grootste aandeel in het restafval hadden. En wat doe je nu met zo’n ding? Even je mondhoeken afvegen. Daarom hebben we onze vierlaags servetten teruggebracht naar een eenlaags variant, die bovendien FSC-gekeurd is en met het GFT-afval mee mag. En dat heeft stiekem best veel impact. Zeker als je bedenkt dat vaak zo’n 90 procent van het restafval in bedrijfsrestaurants uit servetten bestaat. Zo merk je dat er door relatief kleine acties echt een versnelling kan ontstaan.
Heb je nog zo’n sprekend voorbeeld?
Je kunt op kantoor ook prima aan biodiversiteit doen. Je moet alleen even goed om je heen kijken, naar al het niet-functionele steen en asfalt, bijvoorbeeld. Zo kun je bij een parkeervak het middelste deel vervangen door grind, zodat water beter weg kan stromen of liever nog iets groens zoals mos-sedum. Ditzelfde kan je ook op je dak toevoegen om biodiversiteit te creëren. Grasveldjes? Die zijn vaak netjes gemaaid, terwijl het voor de biodiversiteit beter is om het te laten groeien en bloeien en bloemen te planten. Ik zou iedereen aanraden om een ecoloog in de arm te nemen die met je meekijkt, zodat je de juiste maatregelen neemt voor jouw omgeving. Want aan zo’n keurig grasveld hebben de insecten niet zoveel.
Wegwerpbeker of koffiemok?
Het blijft de ultieme vraag bij de koffieautomaat. Wat is beter, de mok of de wegwerpbeker? Alycia is heel helder. De stenen mok, natuurlijk! Al ga ik liever voor een kunststof of glazen variant, die is nóg duurzamer.
Alycia: ‘Sommige mensen denken dat een wegwerpbeker beter is, omdat je er veel minder productiemateriaal voor nodig hebt. Maar doordat we hem zo kort cyclisch gebruiken, moet je dat hele maakproces veel vaker door. Zeker, we kunnen de wegwerpbeker recyclen. Maar ja, ook dit kost energie en grondstoffen ém binnen de circulaire economie zien we recyclen wel als de laagste vorm van circuleren. Gebruik verminderen of vermijden is veel beter. De afwas? Oké, als je je vertrouwde mok na elk drankje met heet water en chemische zeep afwast is dat natuurlijk niet best. Maar als het goed is, spoel je hem gewoon even om en gebruik je hem daarna nog een keer. Tot je hem aan het eind van de dag pas echt in de vaatwasser (met ecostand!) zet. En uiteindelijk is dat vele malen beter dan die wegwerpbeker.’
SUP-wet: wat en hoe?
De kranten stonden er de laatste tijd vol van. De SUP-wet (single use plastics) is per 1 juli van kracht voor afhaalmaaltijden en consumptie on the spot. Maar wat houdt de wet precies in? En hoe kunnen consumenten en bedrijven erop inspringen? Alycia vertelt:
Alycia’s toptips om circulariteit te versnellen
1 – Maak samen een vuist
‘Klinkt een beetje negatief, maar met zijn allen boks je veel meer voor elkaar dan alleen. Daarom proberen we onze klanten in de facilitaire branche te inspireren met verhalen, projecten en kennissessies over circulariteit. Maar ook door samen met ze te onderzoeken hoe het duurzamer kan, zodat het vuurtje zich gaat verspreiden.
Stel dat jij als facilitair dienstverlener wil dat je leveranciers circulair en duurzaam gaan werken, dan is het fijn als andere dienstverleners er hetzelfde in staan. Dan wordt de vraag voor de leveranciers namelijk veel urgenter dan wanneer slechts één klant erom vraagt. Overigens gooien we die leveranciers niet zomaar in het diepe. We zeggen bijvoorbeeld nooit: ‘Beste leverancier, we willen dat jouw diensten en producten zo circulair mogelijk zijn, dus laat maar eens zien.’ Nee, we ondersteunen ze en begeleiden ook hen de goede kant op.’
2 – Maak het klein en behapbaar
‘Soms is het best een uitdaging om klanten uit die commerciële groef te halen. Vaak zijn ze toch meer gefocust op financiële of strategische doelen. En als je ze gaat bestoken met een energietransitie, een grondstoffentransitie en allerlei andere maatschappelijke uitdagingen kunnen ze zich overvallen voelen. Zeker als het (nog) geen strategisch doel is. Maar door het klein en behapbaar te maken, komen mensen sneller in beweging.
Waarom? Omdat je dan raakt aan hun directe invloedssfeer. Daarom kijk ik naar de grootste impact voor die ene, specifieke leverancier. Kijk, bij een groenleverancier kun je wel heel erg gaan sturen op sociale KPI’s, maar het is slimmer om te gaan praten over biodiversiteit. Want voor de plantsoenmedewerker is het toch écht relevanter om te weten welke producten bijdragen aan een gezonde bodem. Ondanks dat we moeten versnellen, is vertragen en klein maken soms een betere (tijdelijke) strategie.’
3 – Kijk goed naar de persoon tegenover je
‘Waarom houden we zo weinig rekening met de persoon die tegenover ons zit? Dat vraag ik me weleens af. Zelf had ik ook soms die neiging. Om te gaan stampvoeten omdat de wereld naar de knoppen ging en mensen niet leken te luisteren. Als jonge, kwispelende pup dacht ik dat ik de hele wereld kon veranderen en vond ik het soms best irritant als mensen niet meteen met mijn overtuigingen meegingen.
Maar inmiddels heb ik geleerd dat iedereen andere drijfveren heeft. En dat je je boodschap aan moet passen aan de mensen met wie je praat. Het feit dat jij in een groene bubbel zit en dingen vanzelfsprekend vindt, betekent niet dat dit automatisch voor iedereen zo geldt. Pas als je je verdiept in de behoeften en drijfveren van de ander ontdek je waar diegene warm van wordt. En pas dan kun je elkaar in beweging brengen. Dus houd het klein, behapbaar en begrijpelijk voor de ander.’
‘Als kind was ik een WNF-Ranger en veel in de natuur te vinden. Ik werd er vrolijk van en kwam er tot rust. Aan mijn broertje merk ik het ook. Hij zit in het autismespectrum en werkt in de groenvoorziening. Elke dag komt-ie vol trots thuis met verhalen over de perkjes waarin hij bezig is geweest. Zo zie je hoe belangrijk het is dat iemand zich onderdeel voelt van de maatschappij en zijn omgeving. Als je zo’n jongen de hele dag thuis laat zitten, gaat-ie zitten gamen. Nu voelt hij dat hij een bijdrage mag leveren aan een mooiere wereld.’
Beluister de Podcast Duurzaam hoe dan? hier
Wil je geen Podcast Duurzaam hoe dan?! missen?
Abonneer je dan hier via Apple Podcast.
Vind je deze Podcast waardevol? Beoordeel dan via Apple Podcast.