In gesprek met Ralf Embrechts, sociaal ondernemer en mede-oprichter van armoedeglossy Quiet500
Ralf Embrechts is sociaal ondernemer op veel fronten. Als directeur-buurman bij de MOM (Maatschappelijke Ontwikkelingsmaatschappij) in Tilburg werkt hij in de wijken van Tilburg om vanuit de leefwereld het systeem te veranderen. En als mede-oprichter van de armoedeglossy Quiet 500 geeft hij stille armoede een gezicht en daagt hij de rijke, ondernemende kant van Nederland uit om zich in te zetten om armoede te verlichten en mensen te versterken.
Resultaat? Quiet Communities in zestien steden. Met recht een beweging van nieuwerwetse solidariteit, waarin vertellen-verzachten-versterken vanuit vertrouwen centraal staat. En waarin lawaai gemaakt wordt voor stille armoede. Rebels en strijdbaar? Dat is Ralf ook! Want als er iets is wat hij nastreeft, dan is het een betere, socialere en lievere samenleving, waarin mensen naar elkaar omkijken vanuit vertrouwen en respect.
In dit artikel zetten we de schijnwerpers op enkele opvallende quotes, anekdotes en wapenfeiten uit mijn interview met Ralf!
Drie vragen aan Ralf!
- Welke tip zou jij geven aan mensen die in wijken werken of bouwen aan gemeenschappen?
“Ga eerst landen in zo’n wijk en probeer lucht in je agenda te brengen, zodat je tijd genoeg hebt om gesprekjes aan te knopen. Voordat je het weet word je gezogen in overleg na overleg, terwijl het juist gaat om dat praatje pot met de mensen om wie het draait. Ik zeg altijd wel heel stoer dat ik een hekel heb aan vergaderingen, maar ik doe soms de hele dag niks anders. Vanochtend ben ik na een overleg nog even binnengelopen bij Wij-West, een gezellige broedplaats in de wijk. Even een bakkie doen, kletsen met de beheerder en wat pik je dan op? Dat de beheerder best veel mensen binnen heeft gehad met verward gedrag. En dan ga je samen in gesprek, hoor je waar die man meemaakt en hoe hij omgaat met die buurtbewoners, die net effe anders zijn. Dat zijn veel waardevollere leermomenten dan slim te gaan zitten wezen in een zoveelste vergadering.”
- Dus ontmoetingen creëren is belangrijker dan strak het plan van A tot Z doorlopen?
“Zeker. Kijk, vaak worden er door gemeenten, bouwbedrijven en projectontwikkelaars avondjes brainstormen met de wijk georganiseerd. Maar die mensen in de wijk zijn meestal moe van geeltjes plakken. In Tilburg-West doen we dat dus niet meer. We gaan bewoners niet meer in een hok jagen om een potje te brainstormen en daarna te zeggen: ‘Dank u wel, u hoort nog van ons.’ Daar kom je ook niet meer mee weg. Ontmoetingen creëren is veel zinvoller. Als je goed naar mensen luistert, in een spontane en natuurlijke setting, ontdek je vanzelf wat ze wel en niet willen. We nemen buurtbewoners mee wanneer de wethouder op bezoek komt en dan vertellen ze zelf wat ze iedere dag meemaken en waarvan ze dromen. Nou, dat vergeet de wethouder nooit meer. Dat heeft meer effect dan geeltjes plakken en denken dat je aan participatie hebt gedaan. In Tilburg-West zijn we een beetje eigenwijswest, zo doen we dat.”
- Vanuit Quiet Communities spreken jullie ook de middenstand aan. Wat vragen jullie aan hen?
“Mensen in armoede willen ook graag meedoen in onze samenleving. Een keertje naar het theater, naar de kapper of uit eten. Dat is verdomd prijzig, zeker als je arm bent. Daarom spreken wij de middenstand aan op de diensten en producten waar zij goed in zijn. Als je om geld vraagt, krijg je vaak moeilijke gezichten. Maar als je ze vraagt om hun talenten in te zetten, dan geven ze die vaak ruimhartig. Zo hebben we fietsenmakers die eenmaal in de week een fiets gratis repareren. Een kapper die eenmaal in de week iemand met een smalle beurs gratis knipt en nog extra verwent. De schouwburg die kaartjes stelt kaartjes beschikbaar voor mensen die nooit een avondje uit kunnen. En zo hebben we duizenden producten, diensten en verwennerijen die wij brengen naar de mensen die lid zijn van onze communities. Wij noemen deze mensen heel bewust ‘members’, ze worden lid van onze Quiet-familie. We werken vanuit vertrouwen. We zijn een van de weinige organisaties die niet controleren of mensen arm zijn. Mensen in armoede zijn niet zielig en zo willen ze ook niet gezien worden. Ze hebben gewoon een steuntje in de rug nodig en zodra ze weer een beetje boven water zijn, zie je ze groeien en zetten ze stappen die ze een half jaar ervoor niet voor mogelijk hadden gehouden. En als die stress weg is, zie je bovendien dat ze elkaar gaan steunen en vooruit willen helpen. Juist die kracht boren we aan in onze communities.”
Wat bouwbedrijven zouden moeten doen
“Bouwbedrijven zijn verplicht om een deel van hun omzet om te zetten in social return on investment, zeg maar investeren in de wijk zelf. Gaan de woningcorporaties huizen in onze wijken verduurzamen, zonnepanelen erop, muren isoleren en een warmtepomp erin, dan is dat het ideale moment om ‘aan de bewoners zelf sleutelen’. Want zo’n verbouwing is het moment om goed achter de voordeur te kijken en te ontdekken hoe het met de mensen gaat. Hebben ze schulden? Gaat het goed met de kinderen? Zijn er tekenen van armoede? Als bouwbedrijven hun best doen en hun banen op maat van de mensen te maken, zijn bouwprojecten de ideale gelegenheid om mensen weer aan het werk te krijgen. Laatst hadden we een werkloze moeder van twee kinderen die assistent zonnepanelenleggen werd, inclusief opleiding. En bij een groot bouwproject in Tilburg-Zuid hebben we dertien mensen aan een baan geholpen bij het bouwbedrijf dat daar aan de slag was. Dan investeer je pas echt in mensen, dan zet je die wijken positief op hun kop. Dat is drie dubbel duurzaam”
Wat ministeries zouden moeten doen
“De laatste tijd krijgen we best veel mensen van ministeries op bezoek en eigenlijk heb ik een schurfthekel aan werkbezoeken. Dat vraagt namelijk veel van onze mensen, die ‘gewassen en gestreken’ moeten staan vertellen hoe goed ze het wel niet doen. Het zou veel waardevoller zijn als zo’n ministerie hier eens een ambtenaar zou detacheren voor drie maanden. Want als je écht wilt weten wat hier leeft en speelt, dan moet je gewoon eens een tijdje in de wijk rondlopen en meedoen. En dan niet tijdens een werkbezoek van een uurtje, maar ook een keer ’s avonds. Of in het weekend. Echt contact maken met de mensen om wie het gaat.”
Ralf over armoede
“Grofweg hebben we in Nederland een miljoen mensen die wakker liggen van de zorgen. Over de huur, over de zorgverzekering, over de kinderen, over henzelf. Als je maar lang genoeg wakker ligt, daalt je IQ met tien tot dertien punten. Dan ga je vanzelf domme dingen doen. Dat geldt voor iedereen die met bestaansonzekerheid worstelt. Het is gewoon niet eerlijk dat de plek waar je wieg staat je toekomst bepaalt. In onze wijken beginnen kinderen op achterstand en dat is hard werken om dat in te halen. Ik vind dat iedereen gelijk kansen verdiend.
Ieder mensen wil gezien, gehoord, gewaardeerd worden
Een keer naar een voetbalwedstrijd. Een keer naar het theater. Of een keer uit eten. En iedereen wil het beste voor de kinderen. Dat ze met goede kleren naar school kunnen. Mee kunnen doen met excursies. Een vervolgopleiding kunnen volgen. Helaas is armoede vaak een abonnement op ellende, want het heeft invloed op je hele zijn. Je wordt ongezonder, je neemt impulsievere beslissingen en je staat aan de zijlijn. Uiteindelijk is armoede een tekort aan geld en een tekort aan meedoen. Een fatale combinatie. Daarom hebben we de armoedeglossy Quiet 500 gemaakt, gebaseerd op de Quote 500. Want rijkdom erotiseert en armoede wordt in stilte beleden. Juist voor die stille armoede, daar maken wij juist veel lawaai voor.”
Wantrouwen versus vertrouwen
“In 2015 kwam de nieuwe bijstandswet. En die wet ademde wantrouwen. Toen heb ik met onderzoeker Jochum Deuten een experiment opgezet. Stel dat we mensen vanuit vertrouwen in plaats van wantrouwen benaderen? Nou, dat vond de staatssecretaris niet zo’n goed plan. De Universiteit van Tilburg onderzocht ons experiment en wat bleek? Vertrouwen loont. Streng zijn is niet beter. Wanneer je mensen vertrouwen geeft, vinden ze makkelijker werk, zijn ze een lievere papa en mama en kloppen ze minder vaak bij de dokter aan. Dat vertrouwen begint bij echt contact. Zodat mensen denken: ‘He, ze zijn echt in me geïnteresseerd, dit is geen ambtenaar uit het systeem die even een kunstje komt doen.’”
Ook lawaai maken voor stille armoede? Sluit je aan bij een Quiet Community in jouw stad!
Quiet verzacht armoede en versterkt mensen. In 2013 lanceerde een groepje bewogen denkers en doeners de eerste Quiet500, een armoedeglossy met een knipoog naar de Quote500. Met het magazine, dat bomvol staat met herkenbare verhalen van echte mensen, geeft Quiet armoede een gezicht.
Twee jaar later ontstond in Tilburg de eerste Quiet Community en inmiddels zijn er zestien communities in steden door heel Nederland. Die communities draaien voornamelijk op vrijwilligers die hun talent, kennis en vaardigheden doneren om mensen in armoede te helpen om weer écht mee te doen. Regelmatig bieden zij de members van de communities een gratis dienst, product of verwennerij aan van lokale ondernemers. Natuurlijk los je met een gratis etentje de armoede niet op, maar het zorgt er wel voor dat de members hun zorgen even vergeten. Dat ze zich de volgende dag optimistischer voelen, een vrolijkere papa of mama zijn en bij dat sollicitatiegesprek opeens de spijker op de kop slaan. Zo wordt armoede leefbaarder en krijgen mensen perspectief.
Ben je geraakt door Quiet? Kom dan een keer een bakkie doen in een van de steden waar Quiet actief is en kijk of je met jouw talenten kunt bijdragen! Check www.quiet.nl
Beluister de Podcast Duurzaam hoe dan?! hier
Wil je geen Podcast Duurzaam hoe dan?! missen?
Abonneer je dan hier via Apple Podcast.
Vind je deze Podcast waardevol? Beoordeel dan via Apple Podcast.